“En het gebeurde in Ikonium dat zij samen in de synagoge van de Joden binnengingen en zo spraken
dat een grote menigte, zowel van Joden als van Grieken, geloofde. (….) Zij verbleven daar lange tijd
en spraken vrijmoedig, in vertrouwen op de Heere, Die getuigenis gaf aan het Woord van Zijn genade
en tekenen en wonderen door hun hand liet gebeuren.” (Handelingen 14 : 1 en 3)
Lezen: Handelingen 14 : 1 – 4 en 19 – 22
Wat werkt het evangelie uit
Het zal je maar gebeuren! Je probeert mensen te bereiken met het evangelie en je merkt, dat, ondanks het feit dat het soms ploegen is op een rotsachtige bodem van ongeloof, je arbeid toch rijk gezegend wordt.
Je merkt onder de verkondiging van het evangelie, dat de Heilige Geest aan het werk is en dat een grote menigte tot een levend geloof in de Heere Jezus komt. Het overkwam Paulus en niet alleen Paulus, ook de andere apostelen mochten rijke vrucht op hun prediking zien. Het lijken mij, en u vast en zeker ook, ideale omstandigheden! Heerlijk, om zo deel uit te maken van een christelijke gemeente, die groeit en bloeit. Wie zou dat niet willen?
Dat dit niet alleen bijna 2000 jaar geleden speelde, maar dat dit ook vandaag mogelijk is, bewijzen ons de getuigenissen van de nog jonge kerken op de zendingsvelden. En ook dichterbij huis, in ons eigen land en zelfs in ons eigen dorp, horen wij van kerken en gemeenten, die groeien.
Hoe teleurstellend en zelfs frustrerend kan het dan zijn, wanneer je tot een gemeente behoort, waar alleen maar sprake blijkt te zijn van teruggang in kerkbezoek en betrokkenheid. En waar al deze “succesverhalen” van groeiende gemeenten kapot breken op de harde realiteit van ontkerkelijking, weglopen, lauwheid en onverschilligheid.
Ook in de laatste versie van “De Wekker” werd dit thema aan de orde gesteld; “naar geen kerk”. Deze term komen we elk jaar tegen in ons kerkelijk jaarboek, (doop)leden die stilzwijgend verdwijnen naar “geen kerk”…..
Het evangelie is niet naar de mens
Dat de geschiedenis van de gang van de gemeente van Christus in en door deze wereld niet altijd een succesverhaal is, bewijst ons eveneens Handelingen 14. Paulus en de zijnen mogen dan wel rijke vrucht op hun verkondiging zien, niet lang daarna wordt Paulus gestenigd en de stad uitgeworpen, alsof hij een stuk vuil is.
Het verhaal van de christelijke gemeente is een verhaal, dat onlosmakelijk verbonden is met de boodschap van het evangelie. En dat evangelie is geen succesverhaal, maar een heilsgeschiedenis van lijden, gebrokenheid en weerstand. Het evangelie is niet “naar de mens” en verkondigt ons een boodschap, die niet altijd “fijn”, “leuk” en “mooi” is, omdat het evangelie van Gods Koninkrijk haaks staat op deze wereld en schuurt met onze dagelijkse realiteit.
De Kerk van Christus zal in deze wereld altijd met tegenstand en met verdrukkingen te maken hebben. (zie: vers 22!) Juist wanneer die tegenstand er niet zou zijn, dán zou de Kerk zich pas grote zorgen moeten maken! De grote vraag is wel hoe wij met die weerstand tegen de verkondiging van het evangelie moeten omgaan. Moeten wij het zoeken in vormen alleen? Zijn wij als gemeente van Christus geroepen om kerkdiensten “leuker” te maken?
Het evangelie met vrijmoedigheid verkondigen
Uiteindelijk komen mensen daardoor niet tot geloof. Ik vroeg me af: “hoe zal die “kerkdienst” daar in de synagoge van Ikonium er hebben uitgezien?” Het wordt ons er niet bij verteld. Maar wat wel duidelijk wordt, is, dat “zij zó spraken dat een grote menigte, zowel van Joden als van Grieken, geloofde.” Dat woordje “zo” intrigeert mij. U ook? Het moet zoiets betekenen als, het evangelie verkondigen op een manier, dat mensen er door worden geraakt in hun hart, zodat hun leven er geheel door verandert. Vers 3 gaat er nog even iets uitgebreider op in: “zij (…) spraken vrijmoedig, in vertrouwen op de Here, Die getuigenis gaf aan het Woord van Zijn genade (…).” Waar zijn wij dus als christelijke gemeente in de eerste plaats toe geroepen? Om het Woord van God te verkondigen!
Maar hoe? Met vrijmoedigheid. Wat betekent dat? Dat betekent dat het evangelie op een eerlijke manier wordt verkondigd. En dat gebeurt daar, waar een voorganger zich niet eerst tienduizend keer moet verontschuldigen tegenover kerkenraad en gemeente, omdat hij het woord “zonde” gebruikt.
Het betekent een verkondiging, waarin de zaken uit onze samenleving en uit ons eigen leven onder de kritiek van Gods Wet en Woord worden geplaatst en concreet bij name worden genoemd. Zodat een “gearriveerd christendom” wordt wakker geschud en zich realiseert dat hij of zij alleen door een persoonlijk en levend geloof deel heeft aan het Koninkrijk van God. Het is de prediking van het profetische Woord, dat scherp is, scherper dan enig tweesnijdend zwaard.
Een prediking waarin het kruisevangelie op een manier aan ons wordt verkondigd, zodat wij er werkelijk over verbroken raken in ons hart en de toevlucht nemen tot Christus, als onze enige Borg en Middelaar, omdat daar alleen verzoening en genade te vinden is. En dat steeds weer opnieuw. Zo alleen wordt de gemeente van Christus gebouwd, omdat dan ook nieuwe generaties horen over de noodzakelijkheid van bekering en wedergeboorte. De apostelen ontvingen deze vrijmoedigheid, omdat zij de mensen niet naar de ogen zagen, maar in hun verkondiging vertrouwden op de Here en wie op Hem vertrouwt zal zegen ontvangen. Dan geeft God Zelf getuigenis aan het Woord van Zijn waarheid, zodat Zijn Naam alle eer ontvangt, zondaren worden gewonnen voor Christus en Zijn Koninkrijk wordt uitgebreid.
BB
0 Comments